Dit inventarrisnummer is ten onrechte toegekend, het voorwerp heeft ander inventarisnummer, nl.1967-123.
De eerste versie van het leesplankje dat Hoogeveen bedacht - overigens naar Duits voorbeeld [1] - bestond uit twee rijen met in totaal 15 'normaalwoorden', dat zijn woorden waarin de klinkers en medeklinkers hun ongewijzigde klank hebben: raam, roos, neef, fik, gat, wiel, deur, zes, juk, schop, voet, bok, bijl, ei, ui. Onder meer omdat de klanken "uu" en "eu" ontbraken, was er al snel behoefte aan een opvolger.
Een jaar later kwam de tweede versie uit. Deze bevatte 16 woorden: raam, roos, neef, fik, gat, wiel, zes, juk, schop, voet, neus, muur, bijl, hok, duif, ei. Van deze versie werden ongeveer 3000 plankjes gemaakt.Maar de verkoop stokte en een paar jaar later kocht de uitgeverij J.B. Wolters de rechten en verzocht aan Jan Ligthart en Rieks Scheepstra een nieuwe serie leesboekjes te schrijven met een nieuw leesplankje. Ligthart bedacht de geschiedenis en Scheepstra schreef de boekjes[2]. Boekjes en plankje werden toen door Cornelis Jetses voorzien van nieuwe afbeeldingen: aap, noot, mies, wim, zus, jet, teun, vuur, gijs, lam, kees, bok, weide, does, hok, duif, schapen
bron Wikipedia